Ik ga jullie meer helpen vanuit de hemel

Op 26 juni 1975, om 12 uur 's middags overleed de heilige Jozefmaria in zijn werkkamer. Het nieuws van zijn dood verspreidde zich onmiddellijk.

17 Mei 1992, tijdens de zaligverklaring van Jozefmaria Escriva en Josephine Bakhita

Op 26 juni 1975, om 12 uur 's middags, overleed de heilige Jozefmaria in zijn werkkamer. Het nieuws van zijn dood verspreidde zich onmiddellijk.

Zijn lichaam, bekleed met priesterlijke paramenten, werd geplaatst aan de voet van het altaar van de kapel van Onze Lieve Vrouw van de Vrede, tegenwoordig de prelaatskerk van het Opus Dei. Het nieuws van zijn dood verspreidde zich onmiddellijk. Honderden mensen, onder wie veel kardinalen en bisschoppen, gingen naar Villa Tevere om er te bidden. Het gelaat van Jozefmaria straalde rust uit. Zijn geestelijke zoons en dochters hielden een ononderbroken wake naast zijn lichaam. In hun verdriet, herinnerden ze zich wat hij hen de laatste tijd dikwijls had gezegd: “Ik zal jullie vanuit de hemel meer kunnen helpen. Jullie zullen het beter kunnen doen dan ik: ïk ben niet noodzakelijk."

De begrafenis in Rome en de Missen voor zijn zieleheil in de hele wereld waren een uniek moment van verdriet, vreugde en bekering. Er was een Vader en een heilige gestorven.

Faam van heiligheid

Maar de faam van heiligheid had hem al tijdens zijn leven begeleid, sinds de eerste jaren van zijn priesterschap. Veel van de priesters en seminaristen die hadden deelgenomen aan de door hem gepreekte bezinningsdagen in Spanje tussen 1938 en 1945, hielden hun leven lang de herinnering aan de vurige godsdienstliefde die hun was doorgegeven door die jonge priester. Dit blijkt uit de door hen geschreven getuigenissen.

Wandkleed dat aan het balkon van de Sint Pieter hing tijdens de heiligverklaring van Jozefmaria Escrivá

Leopoldo Eijo y Garay, de bisschop van Madrid die al tijdens de beginjaren de geest van het Opus Dei begreep en en de heilige Jozefmaria beschermde, zei altijd: “Ik hoop dat dit mijn geloofsbrieven zijn als God zijn oordeel over mij uitspreekt.”

Vanaf het moment dat de heilige Jozefmaria in Rome woonde, in 1946, kwamen mensen vanuit de hele wereld hem opzoeken om Gods woord van hem te horen. Velen verzochten hem hun intenties bij God aan te bevelen in de heilige Mis, vertrouwend op het gebed van de heilige priester.

Zijn faam van heiligheid groeide alleen maar met de jaren, zoals de catechetische reizen aantonen. Hoewel hij altijd eenvoudig bleef, kon hij het bij dat soort gelegenheden niet vermijden dat de mensen hem omringden, hem vroegen om zijn zegen voor zichzelf en voor hun gezin, en dat zij religieuze objecten die hij gezegend had bewaarden als relikwieën.

Voorspraak vanuit de hemel

Vanaf 26 juni 1975 begon een voortdurende pelgrimage naar zijn graf, in de crypte van de kapel van Onze Lieve Vrouw van de Vrede. Er kwamen uit alle delen van de wereld berichten van op zijn voorspraak verkregen genaden. In sommige gevallen waren het echte wonderen zoals onverklaarbare genezingen. In andere gevallen betrof het kleinere gunsten, zoals het oplossen van een familieprobleem, het vinden van een baan na jaren van werkeloosheid enz.

Meisje met bidprentje van de heilige Jozefmaria

De gunsten van godsdienstige aard waren bijzonder talrijk: mensen die besluiten hun geloof serieus te beleven, die zich bekeren. Eigenlijk waren dit soort genaden hem het meest dierbaar. Toen het heiligdom van Torreciudad werd gebouwd, bij voorbeeld, verzekerde de heilige Jozefmaria dat "de Heer op die plaats een overvloed aan geestelijke genaden zou verlenen aan hen die hun toevlucht zouden nemen tot zijn gezegende Moeder [...] Daarom hecht ik eraan dat er veel biechtstoelen zijn, opdat de mensen zich reinigen in het heilige sacrament van de boete en, met herboren zielen, hun christelijke leven bevestigen of hernieuwen, leren hun werk te heiligen en ervan te houden, om zo hun gezinnen de vrede en vreugde van Jezus Christus te brengen."

Het proces van heiligverklaring

69 kardinalen, ongeveer 1300 bisschoppen uit de hele wereld, 41 superieuren van religieuze ordes en congregaties, priesters, kloosterlingen en vertegenwoordigers van lekenorganisaties, persoonlijkheden uit het openbare leven en duizenden anderen deden aan de Heilige Vader het verzoek om het proces van zijn zalig- en heiligverklaring te beginnen, in de overtuiging dat hieruit veel goeds voor de Kerk zou voortkomen.

Ieder jaar brengen duizenden pelgrims een bezoek aan de kerk waar het stoffelijk overschot van de Heilige Jozefmaria ligt begraven

Op 19 februari 1981 vaardigde kardinaal Ugo Poletti het decreet uit waarmee dit proces geopend werd. Paus Johannes Paulus II verklaarde op 9 april 1990 de heldhaftigheid van de deugden van de eerwaardige dienaar Gods Jozefmaria Escrivá. Op 6 juli 1991 werd, in het bijzijn van de Heilige Vader, het decreet bekendgemaakt dat het wonderbaarlijke karakter bekrachtigde van een genezing die tot stand was gekomen op zijn voorspraak.

Op 17 mei 1992 kwam een grote menigte bijeen op het Sint Pietersplein en een groot deel van de Via della Conciliazione. Op de gevel van de basiliek sprongen de portretten van Jozefmaria Escrivá en zuster Josephine Bakhita in het oog, de twee nieuwe door Johannes Paulus II afgekondigde zaligen.

Een pauselijk decreet van 20 december 2001 erkende het wonderbaarlijke karakter van een genezing toegekend aan de voorspraak van de zalige Jozefmaria. Zo werd de deur geopend voor zijn heiligverklaring die, zoals paus Johannes Paulus II korte tijd later aankondigde, zou plaatsvinden op 6 oktober 2002.